De behandeling van slikstoornissen bestaat uit de volgende mogelijkheden:

1. Slikrevalidatie
2. Compensaties en hulpmiddelen
3. Aangepaste voeding
4. Medische behandeling

1. Slikrevalidatie
Met slikrevalidatie bedoelen we intensief oefenen om de slikspieren te versterken of het (kauwen en) slikken effectiever te maken. De logopedist zoekt met de patiënt de geschikte oefeningen, de wijze van oefenen (met hulp van een co-therapeut of biofeedback) en de intensiteit van het oefenprogramma.

In deze video vertelt een mw. Keijzer over haar beroerte in de hersenstam (Wallenbergsyndroom) waardoor ze opeens niet meer kon slikken, hoe ze door slikrevalidatie weer kon eten en drinken en hoe ze dat heeft ervaren.


2. Compensaties en hulpmiddelen.

Als intensief oefenen niet mogelijk is, zoekt de logopedist naar aanpassingen om het (kauwen en) slikken makkelijker of veiliger te maken.
Voorbeelden daarvan zijn technieken om voedsel krachtiger in één keer weg te slikken, de luchtpijp tijdens het slikken bewust gesloten te houden of de slokdarm tijdens het slikken iets langer open te houden. Ook deze technieken kosten kracht, concentratie en oefenen.

Eenvoudiger compensaties zijn letten op de beste houding om te slikken zonder te verslikken of bekers om makkelijker uit te drinken.
Op internet zijn talloze voorbeelden te vinden van aangepaste bekers of bestek. Deze foto's laten twee gewone koffiebekers zien: de rechter beker heeft een wijde rand waardoor het makkelijker is om te drinken zonder te knoeien (ingestuurd door de mantelzorger van een parkinsonpatiënt).

 beker1   beker2

3. Aangepaste voeding.
Als het kauwen en slikken moeilijk is, moet de voedingsconsistentie worden aangepast, bijvoorbeeld in volledig zachte voeding of vloeibare voeding. Als slikken helemaal niet meer lukt is sondevoeding nodig. Voor meer uitleg en voorbeeld van makkelijker voeding: zie de pagina's over aangepaste voeding.

4. Medische behandeling
Tenslotte is er een beperkt aantal mogelijkheden om een slikstoornis met een operatie of met medicijnen te behandelen. Raadpleeg daarvoor uw arts.